IJslandse namen
IJslanders hebben vaak een andere achternaam dan zoals wij die kennen.
Iedereen heeft een door de ouders gekozen voornaam, maar de achternaam is afhankelijk van de voornaam van de vader met als achtervoegsel
son (zoon) of
dóttir (dochter).
Voorbeeld: Hrafn, de zoon van
Alfreð Finnbogason, heet dan Hrafn
Alfreðson.
Ágústa, de dochter van
Alfreð Finnbogason, heet dan Ágústa
Alfreðdóttir.
Op IJsland is het niet gebruikelijk om al een voornaam te kiezen voordat de baby geboren wordt. Als het kind een week of vijf oud is wordt er een passende naam bedacht. Men kan dan kiezen uit meer dan 1800 namen die zijn goedgekeurd door Mannanafnanefnd (IJslandse namen commissie).
Nu ligt de namenlijst niet definitief vast. Met enige regelmaat neemt de Mannanafnanefnd beslissingen over het toevoegen van nieuwe namen, op verzoek van ouders die hun kind anders willen noemen dan één van de namen in de lijst.
Voordat de naam aan het kind wordt gegeven staat er in de officiële documenten alleen een kennitala (burgerservicenummer) genoteerd en of het om een drengur (jongen) of stúlka (meisje) gaat. Men heeft tot uiterlijk zes maanden na de geboorte de tijd om de naam te laten registreren bij de daartoe bevoegde instantie.
Veel ouders kiezen tegenwoordig een populaire naam voor hun kind, maar de traditioneel ingestelde ouders kiezen vaak voor een naam met een betekenis. Hrafn betekent bijvoorbeeld ’zwarte vogel’.
Enkele voorbeelden:
Hakan - ’nobele zoon’
Hinrik - ’heerser van het thuisland’
Larus - ’gekroond met laurierblad’
Petur - ’steen’
Torir - ’donder, krijger’
Frida - ’vrede’
Irsa - ’kleine berin’
Lilja - ’lelie’
Sula -’grote zeevogel’
Svana - ’zwaan, strijd’